033 - 46 12 680 info@expertis.nl

Leestips van de maand

Jonge Kind

Home » Thema’s » Themapagina Jonge Kind » Jonge Kind leestips van de maand » Jonge Kind – Leestips van de maand – januari 2024

Jonge Kind – Leestips van de maand – januari 2024

Iedere maand delen we een handig overzicht met leestips over alles wat ertoe doet op het gebied van het jonge kind. Onze selectie artikelen uit vakbladen, blogs en andere kanalen biedt een schat aan kennis en inspiratie voor een stevige, onderbouwde basis voor het jonge kind!

Door: Kyra Laarveld-Wolbers, jongekindspecialist

Voor- en vroegschoolse educatie

Voor- en vroegschoolse educatie (vve) wordt wereldwijd gezien als een effectieve onderwijsinterventie, mits de kwaliteit goed is. In Nederland wordt voor- en vroegschoolse educatie aangeboden aan kinderen die opgroeien in minder gunstige economische, sociale en/of culturele omstandigheden. Zij lopen door deze omstandigheden een risico op (beginnende) onderwijsachterstanden. Het gaat in Nederland om ongeveer 15 procent van alle peuters. Naar schatting volgt 83 procent van deze peuters voorschoolse educatie (Ministerie van SZW & Ministerie van OCW, 2020).

Het belangrijkste doel van voor- en vroegschoolse educatie is het voorkomen van onderwijsachterstanden en het zorgen voor een goede start van alle leerlingen in groep 1. Inhoudelijke doelen zijn bijvoorbeeld het ontwikkelen van kennis en vaardigheden op het gebied van rekenkundige concepten en handelingen, taalbegrip, woordenschat, fonemisch bewustzijn, sociaal-emotioneel gedrag en zelfregulatie.

In de teksten en podcasts die we deze maand tippen (en ook in onze leestips van januari 2023) lees je meer over hoe we kunnen zorgen voor kwalitatief goede voor- en vroegschoolse educatie.

“Dieper graven – verder springen – blijvend resultaat. Samen gaan we voor een stevige basis in de vroege kinderjaren.”

  • Voor- en vroegschoolse educatie van goede kwaliteit

    Wat is voor- en vroegschoolse educatie van goede kwaliteit? Uit verschillende onderzoeken komen verschillende effectieve kenmerken naar voren.

    De duur en de intensiteit van een vve-programma doen ertoe. Uit onderzoek blijkt dat kinderen die vroeg starten (tussen hun tweede en derde levensjaar) daar op lange termijn meer van profiteren (Ackerman, 2021; Loeb et al., 2007). En als deze kinderen dan ook nog een langdurig programma volgen (minimaal twee jaar) is het effect nog groter (Barnett & Jung, 2021; McCormick Center For Early Childhood Leadership, 2020; Wen et al., 2011).

    Er is nog geen eenduidig antwoord op de vraag hoe frequent vve moet worden aangeboden (bijvoorbeeld: één dag of een halve dag in de week) om het grootste effect te bereiken. De uitkomsten uit onderzoeken zijn hierover wisselend of niet eenduidig (Felfe & Zierow, 2017; McCormick Center For Early Childhood Leadership, 2020).

    We weten wel dat vooral de educatieve kwaliteit van groot belang is. Denk hierbij aan warme, positieve en stimulerende interacties tussen de pedagogisch medewerkers en de kinderen, en een aanbod van stimulerende activiteiten. Daarnaast wordt meer bereikt op het gebied van taal en rekenen als er met een doelgericht programma wordt gewerkt. 

    Ook is het belangrijk dat de groepen niet te groot zijn, zodat er veel interactie kan plaatsvinden. Kinderen leren meer in heterogene groepen dan in homogene groepen en ouderbetrokkenheid heeft een positieve invloed.

    In het artikel De impact van voorschoolse educatie op de website onderwijskennis.nl lees je meer hierover. Onderzoekers beschrijven onder andere wat de effecten van voorschoolse educatie zijn en wat bijdraagt aan die effectiviteit.

  • Kansrijke aanpak: werken met een vve-programma

    Werken met een vve-programma is geen garantie op succes. Maar een programma kan wel degelijk een positief effect hebben op de kwaliteit van de uitvoering van vve en op de ontwikkeling van kinderen, mits aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan. Het gaat dan minstens om:
    – een goede uitvoering van het programma;
    – blijvende professionalisering van het team;
    – de samenwerking met ouders;
    – hoge verwachtingen van de professional.

    Een vve-programma ondersteunt de samenwerking tussen professionals binnen de voor- of vroegschool, maar ook de doorgaande lijn van de peutergroep naar groep 1 en 2. Daarnaast kan het samenwerken met ouders een impuls krijgen door het programma, bijvoorbeeld omdat professionals uitleggen wat ze doen en waarom. Annerieke Boland, lector Jonge Kind aan hogeschool IPABO, schrijft onder andere hierover op onderwijskennis.nl.

  •  Tjipcast: de toegevoegde waarde van voor- en vroegschoolse educatie

    In deze podcast spreekt Tjip de Jong met Paul Leseman, Cathy van Tuijl (onze professional leader) en Anita Derks over voor- en vroegschoolse educatie. De vraag die zij verkennen: hebben kinderen baat bij vve en zo ja, hoe? Er wordt een brug geslagen tussen actueel wetenschappelijk onderzoek en de dagelijkse praktijk. Zo wordt een recent onderzoek, uitgevoerd door het Kohnstamm Instituut en de Universiteit Utrecht, besproken in deze podcast. Op de webpagina van deze Tjipcast-aflevering kun je doorklikken naar de resultaten van dit onderzoek.

  • Kennisrotonde: wanneer starten met vve?

    Is er een omslagpunt in de ontwikkeling van peuters (en zo ja, op welke leeftijd?) waarna effectieve ontwikkelingsstimulering in groepen mogelijk is? Deze vraag is gesteld aan de Kennisrotonde, een initiatief van het Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek.

    Om de cognitieve, sociale en taalontwikkeling van kinderen te stimuleren, kun je het beste tussen het tweede en derde levensjaar met voorschoolse educatie starten. Dit blijkt uit Europees onderzoek naar voorschoolse educatie en opvang. In Noorwegen is onderzocht wat de effecten zijn bij kinderen die al vanaf anderhalf jaar oud met een vve-programma starten. Deze jonge kinderen profiteren van ontwikkelingsstimulering in kleine groepen. De effecten van ontwikkelingsstimulering in groepen hangen overigens sterk samen met de kwaliteit van de aangeboden voorschoolse educatie.

  • Doorgaande ontwikkelingslijn

    Op verschillende plekken in het land zijn kindcentra ontstaan waarin peuterwerk, dagopvang en basisonderwijs samenwerken. Ook werken kinderopvanginstellingen en basisscholen steeds vaker samen wanneer zij niet gehuisvest zijn in één pand. Er worden afspraken gemaakt om de overgang te verkleinen en een doorlopende ontwikkeling van kinderen (van de peuter- naar de kleuterperiode) te ondersteunen. Deze intensieve samenwerking bevordert onder meer een sociaal-emotioneel zachte landing van kinderen (Schwartz et al., 2018). Dorien Stolwijk schrijft hierover in het artikel Doorgaande ontwikkelingslijn in het tijdschrift HJK.

De artikelen zijn voor jou geselecteerd door Kyra Laarveld-Wolbers, jongekindexpert en onderwijsadviseur bij Expertis. In de vroege levensjaren wordt het fundament gelegd voor de verdere ontwikkeling en schoolloopbaan van kinderen. Als onderwijsadviseur begeleidt Kyra met veel enthousiasme directie en teams binnen basisscholen om daar een belangrijke en effectieve bijdrage aan te leveren. Neem contact op met Kyra via 06 – 15 18 68 64 of via kyra.laarveld@expertis.nl.

Meer weten?

Onderwijsadviseur Ruth Heuvelman
Share This