033 - 46 12 680 info@expertis.nl

Boek van de maand

Er zijn veel mooie boeken en teksten over allerlei thema’s, die gebruikt kunnen worden voor Close Reading. In deze rubriek tippen we je maandelijks nieuw verschenen boeken of zetten we oude bekende nog eens in de spotlights: het boek van de maand.

Boek van de maand maart 2024

We brengen deze maand schrijver Koos Meinderts onder de aandacht. Meinderts publiceert al vanaf 1983 jeugdliteratuur; hij schrijft voor jonge kinderen en voor jongvolwassenen en alles wat daar tussenin zit. Veel van zijn werk is bekroond. Hij kreeg bijvoorbeeld de Boekenleeuw (Vlaamse literatuurprijs) voor De zee zien en de Gouden Griffel voor Naar het noorden. De meeste boeken worden geïllustreerd door zijn vrouw Annette Fienieg. De illustraties zijn dan ook vaak een mooi verlengstuk van het verhaal. Meinderts heeft daarnaast vele liedteksten geschreven en daarvoor heeft hij ook veel erkenning gekregen.

Kenmerkend voor Meinderts werk zijn de prachtige zinnen met diepgang. Dit vaak poëtische taalgebruik maakt de boeken interessant en filosofisch en geschikt om met leerlingen over te praten.

In deze editie van het ‘Boek van de maand’ besteden we aandacht aan het boek Zebedeus en het ganzenbord van Wisse van Koos Meinderts. 

Op een dag ontvangt Zebedeus van ene Wisse een ganzenbordspel met maar één pion en één dobbelsteen. Zebedeus gooit en komt terecht op een vakje met een afbeelding van een deur, waarin hij zijn eigen voordeur herkent. Even later wordt er aangeklopt door Zilver, een gans, die zich voorstelt als zijn reisgenoot en aan hem vraagt hem te volgen naar waar het lot hen brengt. Er volgt een lange reis van pech en geluk en van vallen en opstaan.

In dit boek blijkt maar weer dat Meinderts ook een dichter is. Hij schrijft op het eerste gezicht eenvoudig, maar tussen de regels en geestige dialogen door wordt er veel gezegd.

Daarbij verwijst Meinderts regelmatig naar andere literatuur. Zo vliegt Toon Hermans’ dansende ballonnetje in de wind voorbij en refereert Meinderts aan Rutger Koplands ‘Onder de appelboom’ wanneer Zebedeus onder de genoemde boom zoekt naar “mooie woorden” als “zeldzaam zacht en dichtbij” om “de stilte een stem te geven”. Al die speelse verwijzingen hoef je trouwens niet te herkennen om van deze knappe, tijdloze vertelling te kunnen genieten.

Deze Close Reading-lessenserie gaat over pagina 52 tot en met 65. De lessen zijn opgesteld vanuit de volgende quotes uit het boek: “Voorheen was geluk een verlangen”, maar “in de zevende hemel viel het geluk samen met het moment waarop hij gelukkig was” en “Zebedeus is een beer zonder bagage, niet gekweld door heimwee, maar ook niet door vertewee”.

In de serie zoomen we in op vrijheid. Wat betekent vrijheid voor mensen en wat is de relatie met zelf keuzes kunnen maken? Daarom past deze lessenserie niet alleen bij de leeslessen, maar ook bij lessen over burgerschap.

De lessenserie is geschikt voor de middenbouw. In sessie 1 en 2 wordt het hoofdstuk ‘Een brief naar huis’ (pagina 52-56) uitgediept. In sessie 3 gaat over het daaropvolgende hoofdstuk ‘Mari’ (pagina 61-65).

Let op: het is van belang dat je voor de start van de lessenserie de voorgaande hoofdstukken uit het boek al aan je groep hebt voorgelezen.

Sessie 1: Wat zegt de tekst?

Doelen:

  • Ik kan vertellen wat er aan het begin, in het midden en aan het eind van dit verhaal gebeurt.
  • Ik kan uitleggen waarom Zebedeus een brief schrijft.

Start de les met het kort terughalen van wat Zebedeus tot nu toe op zijn reis heeft meegemaakt. Deel vervolgens de leesdoelen met de leerlingen.

Lees vervolgens het hoofdstuk ‘Een brief naar huis’ voor, op de laatste drie regels na. Zorg ervoor dat de leerlingen de tekst ook hebben en laat hen meelezen in hun hoofd en met hun vinger de regels aanwijzen. In de tekst van de leerlingen laat je de laatste drie regels van het hoofdstuk weg.

Geef de leerlingen na het lezen een moment om even over de tekst na te praten. Model daarna wat jij het begin van de tekst vindt, waarom en hoe jij dit fragment zou samenvatten. Gebruik hierbij een begin-midden-eindschema en bespreek met de leerlingen of zij het met jouw samenvatting eens zijn, of dat ze nog toevoegingen hebben of iets willen weglaten. Stel jouw samenvatting eventueel bij en laat de leerlingen de samenvatting overnemen in hun eigen schema.

Bepaal vervolgens samen met de leerlingen waar het eindstuk van de tekst start. Laat de leerlingen in tweetallen het midden en eind van dit verhaal samenvatten en deze samenvatting in hun schema verwerken. Vervolgens kunnen zij hun samenvatting vergelijken met een ander tweetal. Willen ze nog wat toevoegen of weglaten? Bespreek vervolgens het schema klassikaal na.

Stel daarna de tekstgerichte vraag: waarom schrijft Zebedeus een brief? Laat de leerlingen eerst voor zichzelf een antwoord bedenken en laat ze dit antwoord vervolgens bespreken met een medeleerling via de werkvorm Denken-delen-uitwisselen.

Sessie 2: Hoe wordt het in de tekst gezegd?

Doelen:

  • Ik kan uitleggen wat er bedoeld wordt met:
    • de toekomst is nog een blinde vlek;
    • hij kon dan ook niets zinnigs over ons lot zeggen;
    • het leven overkomt je;
    • gebeurtenissen voor willen zijn;
    • een verhaal om over naar huis te schrijven.
  • Ik kan de voordelen en nadelen van op reis gaan, zoals Zebedeus die ervaart, uit de tekst halen en ik kan de plottwist in het verhaal aangeven.

Start deze sessie met een terugblik op sessie 1. Laat leerlingen hun schema er weer bij pakken en aan de hand van dit schema kort aan hun schoudermaatje vertellen waar de tekst over gaat. 

Bespreek vervolgens de leesdoelen. Als de leerlingen de betekenissen van de zinnen (uit het eerste leesdoel) goed begrijpen, zijn ze beter in staat om ook het tweede leesdoel van deze sessie te bereiken. 

Model hoe jij de betekenis van de zin ‘de toekomst is nog een blinde vlek voor hem’ achterhaalt. Arceer het bewijs voor de betekenis in de tekst. Bespreek ook de betekenis van de zin ‘hij kon dan ook niets zinnigs over ons lot zeggen’. 

Laat de leerlingen met behulp van de werkvorm Placemat eerst voor zichzelf noteren wat de betekenissen van de overige drie uitdrukkingen zouden kunnen zijn. Laat ze het bewijs daarvoor arceren in de tekst. Vervolgens bespreken ze met elkaar wat ze gevonden hebben en noteren ze in het midden van hun placemat hun gezamenlijke antwoorden. Bespreek dit kort na. Hebben de leerlingen in de gaten dat Zebedeus de figuurlijke uitdrukking ‘een verhaal om over naar huis te schrijven’ ook letterlijk neemt? 

Introduceer vervolgens een twee kolommenschema waarin de voor- en nadelen van op reis gaan, zoals Zebedeus deze ervaart, worden genoteerd. Model eerst zelf een fragment waarin jij toont hoe je bewijs vindt in de tekst. Noteer dit in de betreffende kolom in het schema. Laat de leerlingen vervolgens in tweetallen de tekst verder lezen, bewijzen arceren en noteren in het schema. Laat de leerlingen de voor- en nadelen met twee verschillende kleuren aangeven.  

Bespreek het schema na en constateer met de leerlingen dat Zebedeus het reizen eerst niet fijn vond en dat hij nu de vrijheid als iets heel fijns ervaart. Dit noem je een plottwist. Kunnen de leerlingen de plottwist in het verhaal markeren?

Sessie 3: Wat is de diepere betekenis van de tekst?

Doel:

  • Ik kan uitleggen waarom Zebedeus zegt: “Vrijheid is veel.”

Blik terug op sessie 2 en de plottwist in het verhaal. Kunnen de leerlingen nog uitleggen wat dit is?

Deel het leesdoel en lees vervolgens de laatste drie regels van het hoofdstuk ‘Een brief naar huis’ voor en het volgende hoofdstuk: ‘Mari’. Zorg ervoor dat de leerlingen deze tekst ook hebben en actief meelezen. Bespreek met de leerlingen dat Mari ook voor- en nadelen van vrijheid ervaart. Jullie gaan deze in kaart brengen.

Model welk bewijs jij hiervoor in de tekst vindt, arceer dit en voeg het met een andere kleur toe in het schema van sessie 2. Laat de leerlingen in tweetallen meer voor- en nadelen zoeken in de tekst en het schema aanvullen. Ga vervolgens aan de hand van het schema met de leerlingen in gesprek over de overeenkomsten en verschillen tussen Zebedeus en Mari. Stel daarna de vraag waarom Zebedeus zegt: ‘Vrijheid is veel.’ En waarom zegt Mari dit? Ervaren de leerlingen dit zelf ook weleens?

Schrijf de volgende quotes op het bord:

  • “Voorheen was geluk een verlangen.”
  • “In de zevende hemel viel het geluk samen met het moment waarop hij gelukkig was.”
  • “Zebedeus is een beer zonder bagage, niet gekweld door heimwee, maar ook niet door vertewee.”

Zet de werkvorm Binnenkring-buitenkring in om leerlingen over deze quotes met elkaar in gesprek te laten gaan. Laat na het bespreken van de eerste quote de leerlingen van de buitenkring een plek doorschuiven, waarna ze met hun nieuwe maatje de volgende quote bespreken. Herhaal dit voor de derde quote. Bespreek dit vervolgens klassikaal na.

Als afsluiting kun je de leerlingen de zin “Vrijheid is veel als …” zelf laten opschrijven en aanvullen vanuit hun eigen ervaringen. Als dit lastig is, kun je de leerlingen hier eerst in kleine groepjes over in gesprek laten gaan.

Meer informatie

Enthousiast geworden en wil je meer weten over Close Reading? Neem dan contact op met Marieke van Logchem of Liz Bunte. Of neem een kijkje op de themapagina over Close Reading.

Meer uitgewerkte praktijkvoorbeelden zijn te vinden in de boeken Close Reading in de praktijk, verkrijgbaar via uitgeverij Pica.

Een meisje met een grote stapel boeken

Benieuwd naar onze boeken van de maand?

Er zijn zoveel mooie boeken en teksten bij allerlei thema’s, die je kunt gebruiken voor Close Reading. In deze rubriek tippen we je maandelijks nieuw verschenen boeken of zetten we oude bekende nog eens in de spotlights: het boek van de maand.

Hier zie je welke boeken deze titel allemaal hebben gekregen!

Share This